NIOC 1999 Enschede

Werving via advertenties leverden ca. 35 kandidaten waarvan na selectie 16 overbleven. Deze 16 dames hebben een opleiding tot Informatie ontwikkelaar gehad, waarna zij aan een stage van 3,5 maanden begonnen zijn. Het bijzondere van dit project is dat aansluitend aan de stage een baangarantie van minimaal een jaar gegeven is.
In mij verhaal zal ik ingaan op de voorbereiding, de uitvoering en de nazorg die dit project vereist heeft. Tevens zal ik een aantal knelpunten en veranderingspunten aanroeren.

De marktpubliciteit rond Component-Based Development (CBD) begint op een hype te lijken. CBD is nieuw en lijkt de oplossing te vormen voor allerlei problemen bij software ontwikkeling. De werkelijkheid is (natuurlijk) genuanceerder. CBD bouwt voort op eerdere ideeën en ervaringen, o.a. uit OO ontwikkelen, en combineert dit met nieuwe technologieën. En hoewel CBD wel degelijk mogelijkheden biedt tot verbeteringen (o.a. door hergebruik), komen de voordelen beslist niet vanzelf.

In het kort komen een aantal voorbeelden en basisbegrippen aan de orde en wordt een overzicht gegeven over enkele toepassingsgebieden van agenttechnologie. Besloten wordt met een korte schets van de inpassing van het onderwerp agenttechnologie in het curriculum Kunstmatige Intelligentie aan de VU.

Terwijl over de stand van zaken ten aanzien van sekseverschillen in participatie en prestaties in ICT-gebruik langzamerhand gegevens beschikbaar komen, bestaat er veel minder inzicht in de achtergronden en oorzaken daarvan. Ook maatregelen die erop gericht zijn de participatie en resultaten van meisjes te verbeteren, zijn in Nederland nog nauwelijks uitgeprobeerd en geëvalueerd. Nederland loopt internationaal gezien niet voorop met de invoering van ICT in het onderwijs (Pelgrum & Plomp, 1991).

Het succes van technici is afhankelijk van het vermogen relaties te leggen tussen de werkelijkheid en de abstracte representatie van deze werkelijkheid. Het BREVIE-project ontwikkelde een universele multimedia-kit die deze koppeling automatisch tot stand brengt. In Europees verband zijn proeflessen op het gebied van pneumatiek verzorgd. De evaluatie van de eerste toepassing toont aan dat de leerlingen meer gemotiveerd leren en technische analyses vaker maken met abstracte modellen.

Systeemontwikkelprojecten waarin het budget is overschreden, de einddatum niet gehaald of het uiteindelijk opgeleverde systeem niet (geheel) aan de wensen voldoet lijken eerder regel dan uitzondering? Soms lijkt het of dit als een onvermijdelijke natuurrampen wordt aanvaard, maar toch zullen systeembouwers het steeds beter moeten gaan doen om als ontwikkelaar nog langer serieus genomen te worden. Steeds meer organisaties zijn voor hun bedrijfsvoering afhankelijk van informatiesystemen en dus van de mate waarin zij erin slagen goede systemen te ontwikkelen.

Er wordt een ontwerpgerichte benadering van onderwijs in human-computer interaction beschreven. Bijdragen vanuit diverse disciplines worden daarbij geïntegreerd tot een inhoudelijk samenhangend traject, dat uit verschillende fasen en activiteiten bestaat. De gebruiker neemt in het traject een centrale plaats in. Het eindproduct is een volledige specificatie van (l) de functionaliteit, (2) de dialogen, en (3) de representatie van het te bouwen interactieve systeem.

Het volgen van opleidingen via Intranet (of het Internet) zal in de nabije toekomst gewoon worden. Hierbij zal het met name gaan om opleidingen die op kennisgericht zijn. Het probleem momenteel is nog hoe kennisoverdracht met behulp van Internettechnologie op een effectieve wijze is te realiseren; gaan we echt leren via het net, wordt het alleen communiceren of gaan we alleen informatie ontsluiten. Teelen heeft een concept en een prototype ontwikkeld die u laten zien op welke wijze opleiden via Intranet is te realiseren. Het concept en het prototype worden toegelicht en gedemonstreerd.

Toetsing wordt steeds belangrijker voor individuen die continu leren en organisaties die hun kennis willen managen. Door toetsing houden individuen zicht op hun ontwikkeling en organisaties op hun kennishuishouding. Om op een flexibele en efficiënte manier te kunnen toetsen, heeft Teelen een multimediaal toetssysteem ontwikkeld. Dit systeem ondersteunt de ontwikkeling, afname en statistische analyse van vragen en toetsen. In een demonstratie zal getoond worden hoe het systeem opleidingsontwikkelaars ondersteund bij het ontwikkelen van vragen en toetsen.

Ons huidig Hoger Onderwijs is inhoudelijk grotendeels gebaseerd op curricula. De Kenniseconomie vereist echter een geheel andere aanpak. Competentiedenken versus curriculumdenken veranderen zowel de onderwijsprogramma's als ook de het onderwijsproces en de relatie met het bedrijfsleven.