In deze workshop maak je kennis met het lesmateriaal voor het keuzedomein ‘user experience’ dat vanuit de Universiteit Twente met scholen in de regio en SLO wordt ontwikkeld. Naast kennismakingsopdrachten en een theoriegedeelte zal dit bestaan uit projectcasussen waarvan er twee op het gebied van sociale robotica zijn ontwikkeld, getest en geëvalueerd. Binnen deze workshop
• Verken je met ons het domein ‘User Experience’,
• Ga je zelf aan de slag met het nieuw ontwikkelde lesmateriaal,
Cocky Booij, VHTO Landelijk expertisebureau meisjes/vrouwen en bèta/techniek
Samenvatting:
Presentatie over de afwezigheid van meisjes in het Nederlandse Informatica-onderwijs met de vraag ‘wat doen we fout’ en vooral ‘hoe kan het beter’. Met internationale vergelijking en onderzoeksgegevens. Met als voorbeelden van succesvolle initiatieven om meisjes én juffen enthousiast te maken voor computational thinking en coding.
Jan Salvador van der Ven, Stichting Groningen Programmeert
Hylke Faber, Hanzehogeschool Groningen
Samenvatting:
Voor basisscholen is het lastig om een goede keuze te maken uit het groeiend aanbod van materialen en lesprogramma’s voor programmeeronderwijs. Om scholen bij hun keuze te helpen brengt Bètapunt Noord, samen met scholen en leerkrachten, het beschikbare aanbod aan programmeerlessen in kaart. Dit resulteert in een kieswijzer voor programmeeronderwijs die is gebaseerd op daadwerkelijke ervaring van leerkrachten die in de klas met de lesstof hebben gewerkt.
In deze sessie zullen we verslaan over de aanpak, alsmede een demonstratie geven van de gecreëerde kieswijzer.
ICT wordt steeds belangrijker. Als we kijken naar het codeer-/programmeeronderwijs in po/vo lopen we als land achter op ontwikkelingen in andere landen (b.v. Engeland).
Wij als school zien codeer-/programmeeronderwijs niet alleen als een middel ICT-vaardig(er) te worden, maar ook als middel andere competenties te ontwikkelen (logisch denken, analyseren, plannen, samenwerken, etc.). Competenties die horen bij wereldburgerschap.
Carla van den Brandt, Van den Brandt Onderwijsinnovatie
Samenvatting:
Een presentatie door leerlingen en hun docent over Informatietechnologie, een nieuw algemeen vormend vak voor vmbo gemengde en theoretische leerweg. Het vak is een voorbeeld van een meer praktisch vak voor 'de mavo'. Het vak heeft alleen een Schoolexamen. Elke school mag het nu aanbieden. De ontwikkelscholen gebruiken een activerende didactiek. Elke leerling kan in eigen tempo werken. Leerlingen kunnen zich ook verder verdiepen in een richting van hun voorkeur, bijvoorbeeld in vormgeving of programmeren.
Digitale geletterdheid staat volop in de belangstelling. Vakvereniging i&i is in het najaar van 2017 gevraagd een visie op dit vak te geven. Na consultatie van leden en samenwerking in een werkgroep is met tot een visie hierop gekomen.
In de presentatie wordt die visie toegelicht en nader uit de doeken gedaan hoe de vakvereniging hier werkt. Tevens zal aandacht worden besteed aan de vakinhoudelijke kant als mede aan de problemen voor een goede invulling in het onderwijs.
Met ingang van 1 augustus 2017 is de wet beroep leraar van kracht. Leraren moeten aantonen bevoegd en bekwaam te zijn. Dat laatste gaat onder andere via nascholingscursussen.Op het gebied van digitale vaardigheden is er nog heel wat in te halen in het onderwijs.
Deze sessie gaat over de wet en de praktische invulling daarvan voor het onderwijs.
Leren programmeren is lastig; hoe je studenten hierbij het beste kunt helpen is een vraag die veel docenten en didactici bezighoudt.Professor Raymond Lister ontdekte dat je verschillende stadia (à la Piaget) kunt karakteriseren in het leren programmeren, in termen van de basisvaardigheden ‘traceren’ en ‘beredeneren’. Als je zou weten in welk stadium een student zit, dan zou je die student ‘op maat’ kunnen bijstaan.Dit idee is veelbelovend, maar vanwege de arbeidsintensieve manier van diagnostiseren nog niet bruikbaar in de onderwijspraktijk.
Edwin van Andel, drukte al knoppen vanuit de wieg. In zijn jeugdjaren was geen apparaat veilig voor hem, en zijn pubertijd werd door het ontdekken van computers, modems en de hack-tic door zijn naasten omschreven als een “zeer desastreuze periode”.
Na het -zoals zijn advocaat aangeeft- “Onderzoeken van mogelijk aanwezige informatie op open systemen”, kwam hij uiteindelijk in dienst bij een grote IT distributeur, waar hij al snel uitgroeide tot senior consultant met een risico tag, en werd hij uit veiligheidsoverwegingen voornamelijk op langdurige buitenlandse projecten gezet.