Nieuwe docenten door nieuwe technologieën?

Auteur(s): 
G. Casimir, School voor Communicatiesystemen, Hogeschool van Utrecht
Samenvatting: 

Naar veranderingen in de samenleving kan vanuit vier verschillende - onderling samenhangende - invalshoeken gekeken worden:
- de structuur van de samenleving, de organisatie van de arbeidsmarkt verandert
- de cultuur verandert
- er zijn veranderingen op persoonlijk vlak
- de natuur wordt steeds meer beheerst met steeds veranderende hulpmiddelen.
Informatie- en communicatietechnologie spelen in deze ontwikkelingen een belangrijke rol. Centrale sturing met decentrale beslissingen is zonder snelle communicatie niet mogelijk. Consumenten worden mondiger doordat zij over meer informatie beschikken, vergelijkingen kunnen maken, kunnen controleren. Andersom is er meer over consumenten bekend, waardoor een betere afstemming door producenten kan plaatsvinden. Bovendien biedt de moderne technologie de mogelijkheid om kleinere series te maken, meer dan in het begin van de industrialisatie het geval was. Marktgerichtheid krijgt echt betekenis, zozeer dat zelfs van ketenomkering wordt gesproken: niet langer brengt de producent producten op de markt waarvan maar afgewacht moet worden of ze verkoopbaar zijn, maar gaat de vraag van de consument voor de productie uit.
Het onderwijs verandert parallel aan deze ontwikkelingen, en moet ook veranderen om leerlingen in staat te stellen de ontwikkelingen het hoofd te bieden. De parallel met de consumentenmarkt kan doorgetrokken worden:
- leerlingen zijn mondiger geworden; zij onderhandelen meer, stellen vaker de autoriteit van de docent ter discussie, onder meer omdat zij zelf overal de feiten kunnen vinden, de docent heeft niet langer het kennismonopolie
- de arbeidsmarkt vraagt anders opgeleiden, die zich flexibel opstellen en bereid zijn te blijven leren
- het onderwijsaanbod dient steeds meer afgestemd te zijn op individuele leerlingen; hier kan de informatietechnologie ook een rol spelen, bijvoorbeeld door leerlingvolgsystemen
- technologie biedt de mogelijkheid kleine series te maken: bijvoorbeeld snelle aanpassing lesmateriaal dat toch al in de computer zit.
Net zoals de markt meer klantgericht wordt, moet het onderwijs meer leerlinggericht worden. De docent wordt absoluut niet overbodig; zijn of haar rol wordt wel anders. Computers en Internet nodigen leerlingen uit tot activiteit. Zij gaan zelf op zoek naar informatie, wisselen ervaringen met anderen uit. Internet is behalve (eindeloze) informatiebron vooral communicatiemedium. Leerlingen kunnen daardoor ook in discussie gaan met docenten, ook al omdat diens kennis controleerbaar wordt.
Docenten moeten hier mee om kunnen gaan, er tegen kunnen. Zij zullen vooral moeten structureren en begeleiden, meer dan doceren. Toch wil de docent tevens de expert zijn. Hierbij kan Internet ook helpen omdat ook docenten er informatie kunnen vinden en via Internet ervaringen kunnen uitwisselen met anderen. Verder kan de school zelf als aanbieder optreden en een Internetsite opzetten, waar dan weer leerlingen bij betrokken kunnen worden. Op die manier kan de school een leeromgeving worden, die leerlingen uitnodigt tot activiteit en hen voorbereidt op een onzekere toekomst.

Doelgroep: