P. Flikweert, Productgroep Industriële Automatisering, Pedagogisch Technische Hogeschool Nederland, Eindhoven
Samenvatting:
Binnen het vak Techniek in de basisvorming maken leerlingen kennis met de belangrijkste sectoren van de techniek. Eén van die sectoren is de besturingstechniek. De kern daarvan wordt gevormd door geautomatiseerde systemen voor het sturen en regelen van processen.
Om leerlingen inzicht te kunnen geven in de werking van zulke systemen kan de technologieonafhankelijke Sequential Function Chart-methode gehanteerd worden.
Aan opleiders en trainers van leergroepen binnen de informatietechnologie wordt duidelijk gemaakt hoe men in kan spelen op:
- uiteenlopende (IT) achtergronden van de groepsdeelnemers
- afwijkende eisen en wensen van het individu ten opzicht van de organisatie- en groepsdoelstellingen
- verschillende groepssamenstellingen
- de betekenis van en de rol van de opleider/trainer
- de mogelijkheden van verschillende leertechnieken.
A. de Kruijk, Productgroep Industriële Automatisering, Pedagogisch Technische Hogeschool Nederland, Eindhoven
Samenvatting:
De complexiteit van geautomatiseerde systemen voor het sturen en regelen van processen is behoorlijk toegenomen en zal ook blijven toenemen. Voor het ontwikkelen en onderhouden van dergelijke systemen zijn uniforme documentatieregels van belang. Dit geldt zowel bij het vastleggen van de systeemeisen als het systeemontwerp. Steeds meer zullen technici met dergelijke systemen te maken krijgen. In het technisch beroepsonderwijs zal daarom meer aandacht geschonken moeten worden aan complexe systemen en een methode om deze te ontwikkelen.
A. de Kruijk, Productgroep Industriële Automatisering, Pedagogisch Technische Hogeschool Nederland, Eindhoven
Samenvatting:
In het technische beroepsonderwijs is er een groeiende behoefte aan het methodisch ontwikkelen van een applicatie. Standaardisatie van de gebruikte symbolen neemt hierbij een belangrijke plaats in. De grafisch georiënteerde 'Sequential Function Chart'-techniek komt hieraan tegemoet. Hiermee kunnen de eisen met betrekking tot een tijdvolgordebesturing eenduidig vastgelegd worden. Deze op Grafcet gebaseerde methode is gestandaardiseerd in de internationale norm IEC 848 en de Nederlandse norm NEN 5848.
E.W. van Ammers, Vakgroep Informatica, Landbouwuniversiteit Wageningen, Wageningen
Samenvatting:
In het inleidend programmeeronderwijs staat het idee van 'gestructureerd programmeren' doorgaans centraal (wie zou zijn studenten ook anders willen leren programmeren?). Stapsgewijze verfijning is daarbij een gebruikelijke techniek, die in het onderwijs echter vaak impliciet blijft. Studenten moeten leren 'aanvoelen' hoe de methode werkt, door middel van voorbeelden en (in de praktijk) door schade en schande.
Het begrip array speelt al jarenlang een grote rol als middel om binnen een programma gelijksoortige gegevens te structureren. Een objectgeoriënteerde aanpak maakt het gebruik ervan echter overbodig. In de lezing worden argumenten aangedragen waarom het array uit het (initiële) onderwijs kan en moet verdwijnen. Verder wordt ingegaan op een alternatief dat de kwaliteit van het onderwijs aanzienlijk kan verbeteren.
Achter het leerplan TIS (acht modulen) zit een weloverwogen opbouw qua structurering van de inhoud over de modulen en de didactiek. Bij het ontwikkelen van de cursussen voor de modulen is een door Stichting EXIN ontworpen didactisch model toegepast.
C.A. van Loon, Sector Informatica, Haagse Hogeschool, Den Haag
W.A. Smit, Sector Informatica, Haagse Hogeschool, Den Haag
Samenvatting:
In deze presentatie wordt een schets gegeven van een onderzoek naar inzet van CASE-tools binnen het onderwijs aan de studierichting Informatica & Informatiekunde dat binnen de Haagse Hogeschool, sector Informatica wordt uitgevoerd. Dit onderzoek wordt uitgevoerd binnen de kaders van het onderwijsgebonden onderzoek binnen deze instelling.
Doel van het onderwijsgebonden onderzoek is erop gericht nieuwe ontwikkelingen in research en praktijk (zoals bijvoorbeeld rond CASE-tools) te volgen en eventuele resultaten te gebruiken voor inzet in het (reguliere) onderwijs.
Het is gebruikelijk om gestructureerd programmeren te onderwijzen met behulp van stapsgewijze verfijning. Maar de werkstukken die studenten inleveren bestaan uit gecompleteerde programma's en de toegepaste verfijningen moeten daar als het ware uit worden ge-'parsed'.
Het zou veel overzichtelijker zijn om omgekeerd te werken: documenteer de verfijningen en genereer daaruit de programmafiles. Knuth heeft deze benadering 'Iiterate programming' genoemd.
J. Acohen, Moret Ernst & Young management consultants, Utrecht
Samenvatting:
De laatste tien jaren is de interesse van opleidingsinstituten en ondernemingen verschoven van de programmeerkunst naar relationele databases, case tools en dergelijke. Toch wordt er in ongeveer tien procent van de gestarte nieuwbouwprojecten geen informatiesysteem opgeleverd en de kosten van het testen en onderhouden van 'geslaagde' systemen neemt grote vormen aan. De kunst van het specificeren/programmeren dient weer in ere te worden hersteld.